empirische en pre-emptive therapie
Adviezen
Prioriteit | Medicatie | Opmerking |
---|---|---|
Medicatie: micafungin iv 100mg 1dd |
Opmerking:
neutropeenm onverklaarde koorts |
|
Medicatie: amfotericine B liposomaal (Ambisome) iv 3mg/kg 1dd |
Opmerking:
neutropeen, onverklaarde koorts |
|
Medicatie: voriconazol iv 6mg/kg 2dd 1 dag gevolgd door
voriconazol iv 4mg/kg 2dd |
Opmerking:
neutropeen, verdenking invasieve Aspergillose |
|
Medicatie: amfotericine B liposomaal (Ambisome) iv 3mg/kg 1dd |
Opmerking:
neutropeen, verdenking invasieve schimmelinfectie |
Bronnen
Antimicrobiële middelen
De volgende antimicrobiele middelen zijn verwerkt in deze adviezen:
Externe referenties
Categorie
Metadata
Swab vid: G-343569.4
Bijgewerkt: 01/18/2021 - 22:53
Status: Published
Algemene opmerkingen
De indicatie voor empirische therapie bij verdenking op candidemie bij niet-neutropenische patiënten is controversieel. Empirische therapie kan in geselecteerde gevallen worden overwogen. Bij keuze voor empirische antifungale therapie gelden de keuzecriteria zoals vermeld in het hoofdstuk Candidemie.
Dosering micafungine bij lichaamsgewicht > 40 kg: 100 mg/dag. Bij onvoldoende reactie, bv. indien de kweken positief blijven of de klinische toestand niet verbetert, dosis verhogen naar 200 mg/dag